zaterdag 20 februari 2010

Het verschil



Toen ik op de middelbare school zat, was het contact met mijn leraren over het algemeen prima. Leuke mensen waren het, redelijk, behulpzaam. Dat ik Nederlands ben gaan studeren heeft zeker te maken gehad met het feit dat ik zo'n geweldige leraar voor dat vak had.

Maar al te vriendschappelijk was je toch niet met ze. Wij waren de leerlingen, en zij de leraren; werelden van verschil. Voor, tijdens en na de lessen ging het toch vooral om het contact onder elkaar, de leraren waren over het algemeen slechts passanten die we gedoogden omdat dat nu eenmaal zo hoort op school.

Hoe anders is dat bij ons. Regelmatig moet ik mijn schatjes van 3A3 bestraffend toespreken. Iedere dag zijn er wel incidentjes. Zoals afgelopen donderdag, toen Rachid meende uitgedaagd te worden door een groepje jongens van een andere school. De vreemde jongens stonden ineens op het schoolplein en midden onder de les stoof hij het lokaal uit, de school uit om te gaan 'praten' met zijn uitdagers. Voor de zekerheid nam hij vier klasgenoten mee. Je weet immers maar nooit. Woest was ik op de vijf heren, hoe halen ze het in hun hoofd om zomaar naar buiten te rennen?!

Maar wie denkt dat er door mijn strenge optreden een breuk in de verhoudingen ontstaat, heeft het mis. De volgende dag wandelde ik gezellig kletsend met drie van de vijf naar de videotheek en supermarkt om een film en frisdrank te halen. Zo, hadden ze bedacht, konden we met z'n allen op een gezellige manier aan de vakantie beginnen. Er werd een film uitgezocht die 'ook voor de meisjes leuk is'. Bij het inkopen doen, werd mij verboden de flessen Fernandes te sjouwen.

Van enige remming in hun emoties is meestal geen sprake, en daardoor dus ook niet in hun enthousiasme voor hun leraren. Wél bij de TL-leerlingen, de intelligentsia van de school, die vinden het duidelijk niet cool om al te amicaal met je om te gaan. Zij zijn vriendelijk, maar beheerst en meestal wat afstandelijk. Maar die van mij, twee niveaus lager, die hangen het liefst de hele dag om m'n nek, komen me glimmend van trots vertellen dat ze een goed cijfer gehaald hebben, of alleen maar krullen in hun gedragschrift. 's Ochtends komen ze voor hun lessen even gedag zeggen. Zomaar. Van Amna krijg ik iedere vrijdagmiddag drie dikke zoenen en een knuffel voor het weekend.

Ik kan boos op ze zijn, streng voor ze zijn, zij kunnen van me balen en zeggen dat Nederlands het stomste vak van de wereld is, en alle andere vakken eigenlijk ook. Maar nooit, nooit kijken ze me met de nek aan of gaan ze weg zonder gedag te zeggen, een blik, een 'boks', een stomp desnoods. We vechten en we houden van elkaar. Het is geen school, het is één grote familie.

1 opmerking:

  1. een heerlijk verhaal. zou dat nou alleen maar bij deze juf mogelijk zijn? Dat moet toch bij ieder goedwillende kunnen.
    nico

    BeantwoordenVerwijderen