donderdag 25 februari 2010

Geestelijke lente



De eerste week van de Vasten zit erop. Dat klinkt dramatischer dan het is. Het bevalt me uitstekend om, als ik thuis ben, niet de hele tijd te lopen snaaien of te denken aan wat ik straks zal gaan snaaien. En als ik op pad ben, hoef ik me ook niet steeds af te vragen of ik nog iets lekkers zal kopen. Het antwoord is gewoon Nee.

Het begin was dramatisch. Op Aswoensdag, de eerste dag van de veertigdagentijd, ga ik doorgaans naar de kerk, waar je door middel van een askruisje op je voorhoofd aanschouwelijk onderwezen wordt over je sterfelijkheid.

Dit jaar echter zat ik op woensdagavond in de herdenkingsdienst voor de vrouw die jarenlang mijn voorbeeld is geweest in hoe te geloven in het bijzonder en hoe te leven in het algemeen: Ans Beckers. Afgelopen oktober overleed zij in het R.K. verzorgingshuis waar ze sinds enige tijd woonde. Nu was er in de kapel van het huis een viering voor alle overledenen van het afgelopen jaar.

De dienst zou Ans stampvoetend verlaten hebben, was ze erbij aanwezig geweest. In een 'viering' waarbij het duidelijk niet over God mag gaan, gaat het over niets. Je jaagt er de grootste atheïsten de kerk mee in. Dáár weet je tenminste waar je aan toe bent.

In deze eerste week heb ik al een etentje, een avond bij een vriendin en een verjaardagspartijtje alcoholloos doorstaan. Thuis mis ik het niet zo, maar in gezelschap ben je na vier appelsap wel toe aan iets anders. Maar ja, wat?

Gelukkig heb ik het getroffen met een prachtig boek. (Wie vast, kan ik van harte aanraden deze weken een boek over de Vasten te lezen. Het herinnert je eraan dat je niet op dieet bent, maar het ergens anders voor doet.) De grote vasten heet mijn boek en het is geschreven door een Russisch-orthodox priester. Hij noemt de Vasten een 'geestelijke lente' en een 'pelgrimstocht'. Aan het begin is de eindbestemming al in zicht: Pasen. En om dat feest voluit te kunnen vieren, moeten we schoon schip maken.

Vervreemding van ons eigenlijke zelf, van het diepste en kostbaarste in ons, vervreemding van God, moeten we onder ogen zien. Licht en oprechte liefde moeten ons weer vervullen. We moeten alles wat tussen ons en de ander in staat - gescheidenheid, wrok, onverschilligheid - uit de weg ruimen en onze prioriteiten weer helder voor ogen krijgen.

Hij schrijft: 'Van God heb ik de heerlijkste rijkdommen ontvangen; allereerst het leven en het vermogen ervan te genieten, het inhoud te geven door zijn zin, door liefde en kennis, de vrede en de vreugde van het koninkrijk.' De Vasten is er, om die vreugde weer op te graven. Hoe ik dat ga aanpakken, daar moet ik maar 's over gaan nadenken als ik bij Albert Heijn in de rij voor de kassa sta. Gelukkig heb ik nog zes weken de tijd.

1 opmerking:

  1. Hoi Suzanne, mooi om te lezen hoe je langzamerhand veder komt in je ervaring van de 40-dagen-tijd!

    BeantwoordenVerwijderen